Dagboek Catharina #11 | ‘Ik dacht dat ik in het ziekenhuis kwam om iets af te sluiten’
Na het gesprek met de ic-arts wil Catharina eigenlijk niet naar huis. In het ziekenhuis sluit de omgeving aan bij haar wereld die stilstaat. ‘Het voelt als erkenning van wat er is gebeurd’
Maart 2020 - Hoe kan dat nou? Waarom zou je in een ziekenhuis willen blijven? Helemaal als er zoiets traumatisch is gebeurd. Ik kijk nog een keer om me heen. Haast een gevoel van heimwee… Thuiskomen viel zo tegen. Het gewone leven met de alledaagse dingen waarin niets veranderd leek, botste met de realiteit vanbinnen. Want alles is veranderd.
'De wereld is voor ons stil blijven staan'
In het ziekenhuis voel ik hoe deze omgeving ineens weer aansluit bij die realiteit. Het voelt als erkenning voor wat er is gebeurd. Hier leefden we in een isolement, dagen en nachten. De rest van de wereld bestond niet. Weer terug te zijn in deze afzondering, doet me beseffen hoe moeilijk het is om weer mee te draaien met die wereld, die voor ons sindsdien is stil blijven staan.
Betrouwbare getuigen
Ik zou hier willen blijven. Nog meer praten. Totdat ik het gevoel heb dat ik klaar ben en verder kan. Ik wil stil blijven staan. Door de ziekenhuishal drentelen en in de familiekamer wachten. Nog even in de illusie misschien dat hij hier verderop in een kamertje ligt en slaapt. Dat ik zo weer kan gaan kijken. Nog even zijn hand kan vasthouden. Ook al weet ik dat hij niet meer wakker wordt.
'Ik wil wachten tot mijn hart aanvaardt dat het voorbij is'
Ik wil de begripvolle blik van de dokters en verpleegkundigen. Ze waren erbij. Betrouwbare getuigen van een nachtmerrie die werkelijk gebeurt. Zij snappen dat er even niets anders is dat me interesseert. Ik wil wachten tot mijn hart aanvaardt dat het voorbij is en mijn gedachten weer de buitenwereld willen gaan verkennen. Ik dacht dat ik hier kwam om iets af te sluiten. Maar nu denk ik: misschien moet ik hier terugkomen. Fysiek of in gedachten. Totdat ik voel dat ik er niks meer te zoeken heb.
Je hebt nog zon in je gezicht
De zeewind hangt nog in je haren
En zelfs in dit kouwe, neon licht
Lijk je je warmte te bewaren
Er is nog adem in je lijf
Je hebt nog zuurstof in je longen
Het leven hangt nog om je heen
Maar wat je lig je stil hier jongen
Wat is het vreemd je zo te zien
Tussen de draden en de slangen
Die witte lakens om je heen
En toch die kleur nog op je wangen
Maar geen beweging in je lijf
En roerloos zijn je ledematen
En geen reflex op mijn gewrijf
En geen reactie op mijn praten
Het is onherroepelijk gebeurd
Je bent voor altijd losgeschoten
De poorten dicht, de sleutel kwijt
En de terugweg afgesloten
Je onvermijdelijk zien gaan
En wat je lief is, los zien laten
Maakt het zo moeilijk, op te staan
En deze kamer te verlaten
Er is nog adem in je lijf
Je hebt nog zuurstof in je longen
Het leven draalt nog om je heen
Maar oh wat lig je stil hier jongen
Met op je voorhoofd nog één kus
Zul je misschien nog even blijven
Om op een onbewaakt moment
Met de zeewind weg te drijven
Lees ook over:
Dagboek Catharina #12 | ‘Kon hij het maar over doen, een kleine beslissing anders nemen’
Lees ook over:
Gedicht | Loes den Hollander: 'Kom toch even in een droom naar me toe'
Geschreven door
Catharina de Riet - Neven