Lot (31) rouwt tien jaar na haar moeders dood: ‘Ik schaamde me voor mijn verdriet’
18 november 2022 · 10:01
Update: 17 november 2022 · 11:22
Praten over moeilijke dingen? Dat kan Lots moeder niet. Als kind wordt verdriet weggepoetst met een grapje. Als de moeder van Lot ziek wordt en overlijdt, duwt de weggedrukte pijn op Lots schouders. En rouwen lukt al helemaal niet. Tot de beerput vol verdriet ineens opengaat.
“Ik word nu blij als ik terugdenk aan de band met mijn moeder,” zegt Lot. Omdat haar vader vertrekt als Lot elf jaar is, is ze nauw verbonden met haar moeder. “Vroeger voelde dat heel goed. Nu zie ik dat ik ook veel voor haar zorgde.”
Onderstroom
Als kind geniet Lot van haar blije moeder met wie ze zo goed klikt. Samen kleren kopen, koken, en bij het avondeten gaan de verhalen over tafel. “Ze was kleuterjuf en heel goed met kinderen. Ik heb hele fijne herinneringen aan die tijd. Het ritme van de week, het was heel huiselijk.”
“Maar op emotioneel gebied konden we niet praten,” gaat Lot verder. Verdriet wordt veelal weggewuifd, het liefst met een grapje. “Het moest leuk zijn. Terwijl er bij haar in de onderstroom veel boosheid en verdriet zat door het vertrek van mijn vader.”
Die onderstroom voelt Lot, zoals veel kinderen, haarfijn aan. Dus let ze op haar moeder, want mama mag niet nog verdrietiger worden. Dit kost Lot enorm veel energie, ziet ze later. Helemaal als haar moeder ziek wordt.
Niet goed
“Ik was bij mijn bijbaantje toen mijn moeder belde. “‘Ik heb borstkanker,’ zei ze. Oh, da’s niet goed, dacht ik. Maar we waren positief.” Lot is dan 20 en net begonnen aan haar studie fysiotherapie.
Tussendoor gaat Lot met haar moeder naar het ziekenhuis. Behandelen, en dan is de kanker weg en het leven weer normaal, denkt Lot. Dat lijkt het geval, totdat haar moeder nog geen jaar later ineens een knobbeltje in haar oksel voelt.
Het komt goed, vertelt Lot zichzelf. Maar in het ziekenhuis zijn ze onverbiddelijk: ze kunnen niks meer voor haar moeder doen. “Ik zie mezelf nog zitten in de spreekkamer met de arts. Mijn moeder was zelfs al weg. Ik wilde het zien: waar zitten die tumoren, hoe groot zijn ze? Ik moest bewijs hebben.”
Onbesproken
Eenmaal buiten belt Lot haar beste vriendin. “Ik kon alleen maar huilen. Mijn moeder ging dood, de wereld was zo raar ineens. Maar hoe het voor mijn moeder was? Ik weet het niet. Ze kon het niet toelaten, laat staan erover praten. Pas nu zie ik haar onmacht.”
Dat haar moeders leed onbesproken blijft, maakt het extra lastig voor Lot. “Ik zag wel dat ze pijn had, maar ze heeft het zo voor zichzelf gehouden.” Lot koopt een opschrijfboekje voor haar moeder, in de hoop dat ze zich hierin wel uit. “Maar ze heeft er nooit in geschreven.”
Heftig en fijn
Lot doet alles om in deze periode dicht bij haar moeder te zijn. “Medicatie geven, ik lag naast haar in bed of kocht een lekkere tompouce.” Het zorgen gaat steeds een stapje verder. “Ik hielp haar naar de WC, en moest uiteindelijk zelfs haar een luier omdoen. Dat was heftig. Het was fijn dat ik voor haar kon zorgen, maar ik was ook bang. Wat moest ik straks als ze zou overlijden?”
'Wat moet ik als ze straks overlijdt?'
Door het gebrek aan communicatie heeft Lot ook niet door hoe slecht het werkelijk gaat met haar moeder. “Een maand voor haar overlijden, stierf mijn moeders moeder. En ze kon niet naar de uitvaart toe. Toen kwam het pas binnen: het gaat echt niet goed. Ze heeft zelfs tot de meivakantie gewerkt als kleuterjuf. En 2 juli is ze overleden. Dat zegt wel genoeg.”
Twintigduizend kusjes
Lot is er niet bij als haar moeder overlijdt. “Daarom was het misschien juist een rustig moment voor haar om te gaan. Maar ik was er zo graag bij geweest. Dan had ik haar hand vastgehouden, haar twintigduizend kusjes gegeven.”
Vuilniszak
De dagen hierna staan in het teken van het regelen van de uitvaart. “Mijn moeder was zo’n Amsterdamse van het kaliber: ‘Van mij apart zet je me als ik dood ben in een vuilniszak aan straat,’” herinnert Lot zich grinnikend. “Ze wilde geen poppenkast. Maar mijn broer en ik wilden wel iets moois maken van haar uitvaart.”
'Al die moeilijke emoties: doe maar niet'
Op de begrafenis zijn ook alle kindjes uit haar moeders klas aanwezig. Er heerst hierdoor een bepaalde lichtheid, vertelt Lot. “Zo van: al die moeilijke emoties, doe maar lekker niet! En zo was mijn moeder precies. Ik heb ook amper gehuild.” Een sterke vrouw, wordt ze genoemd. “Maar eigenlijk wist ik gewoon niet hoe ik moest rouwen.”
Normaal zijn
Dus begint Lot de week na de uitvaart aan haar stage als fysiotherapeut. “Want zo ben ik grootgebracht. Ben je ziek? Eerst proberen, je kan altijd nog naar huis. Zo ben ik heel lang doorgegaan op alle vlakken. Achteraf was dit niet handig. Maar ik was 22, ik wilde de kroeg in, normaal zijn, student.”
Lot wil haar pijn wel delen, maar weet niet hoe. Ze ervaart schaamte om haar verdriet, het mag er niet zijn. En praten over de dood, dat “doen wij helemaal niet, want je moet andere mensen niet ongemakkelijk maken.”
De beerput
Krampachtig houdt Lot zich in, om maar door te kunnen gaan. Hier en daar vloeit af en toe een traan, maar haar rouw echt doorvoelen lukt haar niet. Tot haar relatie een paar jaar geleden eindigt. “Bam, verlating. Dat trok een enorme beerput van verdriet in mij open. En ik dacht: ik ga hem nu niet meer dichtgooien.”
'Ik wil het anders doen'
Daar start een zoektocht naar zichzelf. Van stilteretraites in Thailand, tot opleidingen en verschillende vormen van therapie, om haar emoties te leren toestaan. Soms wankelend, maar vaker overtuigd van haar pad, ontstaat bij Lot een besef: “Ik wil het anders doen dan mijn moeder. Ik wil laten zien dat ik huil, lach of boos ben. Dat voelde enorm in conflict eerst, bij haar zag ik dat natuurlijk nooit.”
Kakken
Nu Lot luistert naar wat ze voelt en nodig heeft, en ontstaat er eindelijk ruimte voor rouw. “Ik kan de pijn voelen in mijn hart, maar ook de liefde. Het is bittersweet.”
Verdriet duwt ze niet meer weg, met als bijeffect dat de mooie herinneringen van vroeger naar boven komen. “Bijvoorbeeld een liedje dat mijn moeder en ik zongen tijdens het afwassen, over een vogeltje dat niet kon kakken, omdat er een veertje aan z’n poepertje zat geplakt,” lacht Lot. “En dan denk ik met een grote glimlach: wat was je toch ook een grappige, lieve en gekke moeder.”
Brigitte Kaandorp zingt ‘Het is gebeurd’ over het verliezen van een kind door suïcide | Song
Brigitte Kaandorp zingt ‘Het is gebeurd’ over het verliezen van een kind door suïcide | SongMieke verliest haar dochter: ‘Op dat moment wist ik: er is helemaal geen diploma-uitreiking’
Mieke verliest haar dochter: ‘Op dat moment wist ik: er is helemaal geen diploma-uitreiking’
Meest gelezen
- Frank verliest beide zoons: ‘Hij heeft geprobeerd zijn broertje te redden en moest dat met zijn eigen leven bekopen’
Frank verliest beide zoons: ‘Hij heeft geprobeerd zijn broertje te redden en moest dat met zijn eigen leven bekopen’
- Patricia verliest haar zoon Swen (14): 'Hij zei: "Mama, je moet me helpen, ik wil niet dood”'
Patricia verliest haar zoon Swen (14): 'Hij zei: "Mama, je moet me helpen, ik wil niet dood”'
- Blog Monique | ‘Mijn dagen waren van ’s ochtends vroeg tot ’s avonds laat gevuld met dingen regelen’
Blog Monique | ‘Mijn dagen waren van ’s ochtends vroeg tot ’s avonds laat gevuld met dingen regelen’
Lees ook
- Rouwstijlen: welke zijn er en hoe herken je ze?
Manu Keirse over de instrumentele en intuïtieve rouwstijl
Rouwstijlen: welke zijn er en hoe herken je ze?
- Blog Rebekka | ‘Met mijn dode-moeder-opmerking verpest ik vaak de sfeer’
Blog Rebekka | ‘Met mijn dode-moeder-opmerking verpest ik vaak de sfeer’
- Douwe Bob over rouw: ‘Mijn vrouw heeft het nog zwaarder’
Douwe Bob over rouw: ‘Mijn vrouw heeft het nog zwaarder’