Navigatie overslaan

Gratis inloggen

Praat mee op onze sites, beheer je gegevens en abonnementen, krijg toegang tot jouw digitale magazines en lees exclusieve verhalen.

Door in te loggen bevestig je dat je de Algemene Voorwaarden en Privacyverklaring van de EO hebt gelezen en begrepen.

Hulp nodig?

Check de veelgestelde vragen.

NPO Start
Uitgelichte afbeelding

Bert rouwt om broer na fataal scheepson­ge­luk: ‘We leefden in onzekerheid’

vandaag · 11:58

Update: vandaag · 14:22

Bert Visser (61) viert zijn zesde verjaardag als het nieuws zijn familie bereikt dat het schip TX26 waar zijn broer op zit, van de radar verdwenen is. Pas jaren later kan Bert écht rouwen om het verlies dat zijn leven tekende. “Helemaal afsluiten wat er is gebeurd, kan ik nooit.”

“Het was op mijn zesde verjaardag, 18 november 1970, dat de buurman binnenkwam met slecht nieuws. De patatjes zouden net op tafel gezet worden. Hij vertelde dat zijn zeekotter de TX26 zoek was, dat ze geen contact kregen met de mensen op het schip. Ook de havenmeesters en kustwachters hadden geen teken van het achttien meter lange schip gezien. Mijn broer van vijftien zat op dat schip.”

Wat is er gebeurd met de TX26?

De gezellige verjaardagsfeer slaat om. “Ik werd meteen naar bed gestuurd, dus lag er al om half zes in – dat weet ik nog goed. Af en toe kwamen mijn ouders of zus even aan mijn bed om te vertellen dat er nog geen nieuws was. Niemand wist wat er aan de hand was, maar we voelden wel aan dat het foute boel was, omdat je normaal gesproken iedere dag wel iets van de bemanning via de zender te horen krijgt.”

'We voelden aan dat het foute boel was'

Twee jaar daarvoor was Bouke, de broer van Bert, begonnen met het varen met de kotter TX26. Het was voor een ongeschoolde jongen een goede manier om wat geld te verdienen voor het gezin met acht kinderen. “Bouke was ook echt niet te houden; varen was zijn lust en zijn leven. We komen ook uit een vissersfamilie op Texel; varen is ons met de paplepel ingegoten. En Bouke was niet de enige die geld verdiende op de kotter – er zaten meer vijftien- en zestienjarigen op het schip.”

Als Bert de ochtend na zijn verjaardag wakker wordt, is er nog steeds geen contact geweest met mensen op de kotter. “Mijn ouders waren heel verdrietig, maar probeerden dat voor ons verborgen te houden. We hebben die dagen heel veel op het strand gelopen op zoek naar aangespoelde wrakstukken of andere sporen van het kottertje.”

'We zochten naar aangespoelde wrakstukken'

Het verlies

Het nieuws van de vermiste en waarschijnlijk gezonken kotter slaat als een bom in in de gemeenschap op Texel. “Het was alsof het eiland trilde.” Vier weken later wordt de schipper van de kotter gevonden – dood. Dan is het duidelijk dat er iets verschrikkelijks is gebeurd. “Dat de schipper was aangespoeld, werd mij niet verteld. Dat kwam ik zeven jaar later pas te weten, toen ik dertien was en per toeval zijn graf zag op de begraafplaats. Het was in die tijd, in de kleine gemeenschap op Texel, heel normaal om kinderen op afstand te houden als het ging om dood en rouw.”

Ook in de jaren die volgen, wordt er in de familie Visser niet gepraat over het verlies van Bouke. “Ik probeerde er wel over te praten, maar mijn broers, zussen en ouders wilden dat niet. Daar had je het niet over. Ik heb toen niet geleerd om te rouwen.”

De jaren van onzekerheid

Bert groeit op, terwijl de vraag hem blijft bezighouden wat er nu gebeurd is met zijn broer en de andere mensen aan boord. “We leefden met onzekerheid. Hoe kon een schip nou verdwijnen? Is er een aanvaring geweest, is het omgeslagen of vastgelopen? Ik heb er altijd mee gezeten; het was als een mysterieus boek dat altijd op tafel lag en nooit is dichtgeklapt.”

Bouke Visser, broer van Bert.

“Maar toch moest je ook verder. De hele gebeurtenis begon nog heftiger aan me te knagen toen ik jaren later zelf kinderen kreeg en mijn zoon even oud werd als toen Bouke verdronk.”

De vondst van het wrak

Ongeveer vijftig jaar na de vermissing van de kotter, komt Bert per toeval in contact met Cees Meeldijk, die werkt bij Stichting Onderzoek Maritieme Vermisten – die zich bezighoudt met het vinden van scheepswrakken voor nabestaanden. “Ik vertelde hem over Bouke en dat de kotter al vijftig jaar zoek is. Anderhalf jaar later belde Cees me op dat hij misschien goed nieuws had. Ze waren dankzij onderzoek en de huidige technische ontwikkelingen op vijf wrakken gestuit en er was een kans dat ‘onze’ kotter daar een van was.”

'Ik zat op het puntje van mijn stoel toen ik de beelden van de kotter zag'

Om daar zeker van te zijn, gaan er duikers van de Lamlash naar de wrakken toe. Bert kijkt op dat moment op de monitoren mee. “Ik zat op het puntje van mijn stoel toen ik de beelden van de duikers zag van de kotter. En toen ik de voorkant van de boeg zag, wist ik het meteen. Dit is ‘m. Ik werd emotioneel, het deed zoveel met me.”

De vondst van de kotter heeft grote impact op Berts familie. “Er kwamen allemaal verhalen boven - eindelijk. Ik kwam door de verhalen van mijn broer dingen over vijftig jaar geleden te weten die nieuw voor me waren. Iedereen van de familie bleek nog heel erg te zitten met wat er gebeurd is, terwijl ik dacht dat ik de enige was.”

Raadsel

Wat er precies is gebeurd 54 jaar geleden, blijft een raadsel. “We weten wel zeker dat het niet om een aanvaring ging, omdat het schip daarvoor nog te gaaf was. Mijn theorie is dat de zee is weggelopen – zoals ze dat noemen – waardoor het schip uit zijn roer is geraakt, en een golf het heeft omgegooid.”

Het emotioneert Bert vooral dat zijn ouders het moment niet meer mee hebben gemaakt waarop het schip gevonden is. “Ik vind het enorm verdrietig dat mijn ouders dit niet meer hebben geweten. Voor hen is het nooit afgesloten.”

Uitgestelde rouw

Niet alleen de omgang met het ongeluk in de familie is veranderd sinds het wrak is gevonden, ook de rouw. “De rouw beleef ik nu anders. Ik weet nu zeker dat mijn broer verdronken is, wáár dat is gebeurd en heb een idee hoe dat is gebeurd. Ik kan anders tegen de ramp aan kijken. Maar helemaal afsluiten zal ik het nooit. De rouw kan altijd oppoppen. Ik zal het mijn hele leven met me meedragen.”

'Ik zal het mijn hele leven met me meedragen'

Als Bert aan zijn broer terugdenkt, ziet hij de blonde jongen voor zich die graag kattenkwaad uithaalde. “We hadden van een zeepkist een kar gemaakt, waarin hij mij duwde. In het weekend mocht ik wel eens achterop zijn brommer zitten. Dat vergeet ik nooit meer.”

Gemis

Bert kijkt naar alle krantenknipsels over de ramp die hij voor zich op tafel heeft gelegd. De documentaire die over de ramp en de vondst van het wrak is gemaakt, heeft hij wel meer dan honderd keer gezien.

“Ik mis mijn broer. Ik zou willen weten hoe hij geleefd zou hebben, als hij er nog was. Het was een heel lieve broer. Ik ben niet zo gelovig, dus ik weet niet of ik hem en mijn ouders terug ga zien. Het zou mooi zijn als zij nu samen zijn.”

Meest gelezen

Lees ook

Ontvang bemoedigende artikelen & verhalen in je mailbox

We sturen je elke week een selectie van indrukwekkende verhalen en inspirerende artikelen.

Lees onze privacyverklaring.