Ga naar submenu Ga naar zoekveld

Interview | Pasen vieren met een rouwrandje

10 april 2017 · Leestijd 5 min

Binnen 24 uur vader én weduwnaar worden: dit onvoorstelbare overkwam Pieter. Meegesleurd in een draaikolk van emoties, klampte hij zich vast aan de God van Pasen. “Dit is het grootste feest, maar ook de grootste aanslag op je geloof.”

“We dachten eerst dat het een griepje was,” vertelt Pieter Both (49). “Maar de klachten werden zo hevig dat mijn vrouw Rolinda, die op dat moment 35 weken zwanger was, per ambulance naar het ziekenhuis moest.” Kort daarna overleed ze aan een hersenvliesontsteking. Terwijl Rolinda al buiten bewustzijn was, werd zoon David in allerijl met een keizersnee gehaald. Pieter werd binnen 24 uur vader én weduwnaar.

In bed blijven

Rouw doet ontzaglijk veel met je, geestelijk en lichamelijk. Op welk punt heb je jezelf het meest verbaasd? “Dat ik niet gék ben geworden, vooral in die eerste twee jaar. De kinderen waren 0, 2 en 4. Ik heb me vaak letterlijk vastgeklampt aan een tafel om niet onderuit te gaan. De combinatie van rouwen en drie jonge kinderen grootbrengen, put je volledig uit. Vooral de eerste tijd was ik het liefst in bed blijven liggen. Maar ik moest eruit, voor hen. Al was het alleen maar omdat David z’n fles moest hebben.”

“We zongen op haar begrafenis liederen die zij zelf heeft geschreven.”

Vragen aan God

“Als een overlijden hard en pijnlijk is, moet dat in de begrafenis voel- en tastbaar zijn. Ik ben erg blij dat de begrafenis van mijn vrouw aan die wanhoop recht heeft gedaan. We zongen bijvoorbeeld liederen die zij zelf heeft geschreven; heel heftig om die op zo’n moment te zingen. En er werd gezegd: ‘Deze dood pást niet’ – meer niet. Op bepaalde vragen, bijvoorbeeld of God haar dood heeft gewild, geeft de Bijbel geen antwoord. Dat laat ik bij Hem liggen.”

Pieter is niet kwaad geweest op God: “Nee. Ik ben vooral dankbaar voor negen mooie jaren samen.”

Verdriet

“Het verdriet naar mijn kinderen toe slijt niet, merk ik. Die zouden gewoon hun moeder moeten hebben. Dat is een diepe pijn, die niet slijt. Voor mezelf wordt het toch anders. Het verdriet komt soms in alle heftigheid terug, bijvoorbeeld als ik foto’s bekijk, maar de wanhoop – ‘Hoe kom ik hier ooit doorheen?’ – niet meer.”

God en de dood

Pieter is dominee en gelovig. Wat geeft het geloof in God hem? “God hoort bij de dood en andersom. In het hart van God is de dood aanwezig. Volgens de Bijbel is Jezus na Zijn opstanding nog steeds herkenbaar aan de tekens van de kruisiging, op zijn handen en voeten. Dat vind ik troostrijk: het heeft God wat gekost, en dat blijf je zien! Ook in mijn leven zijn ‘tekens’ van de dood te zien. En die blijven.”

Zoals Thomas moeilijk kon geloven dat zijn Meester is opgestaan uit het graf, zo vindt Pieter het soms lastig te geloven dat Rolinda doorleeft bij God. “Haar lichaam heb ik letterlijk in de grond zien verdwijnen. Paulus gebruikt het beeld van een graankorrel: sterven, om vrucht te dragen. Daar zie je alleen nog niets van.”

“Ik herken mezelf in Maria Magdalena, zij weent, met haar gezicht naar het verleden, om Jezus.”

Pasen met rouwrandje

Pieter noemt Pasen in dit verband ‘het grootste feest, maar ook de grootste aanslag op je geloof’. “Het grootste feest, omdat het onderstreept dat God sterker is dan de dood. Tegelijk is het zo moeilijk dit te geloven – de graven blijven nog dicht.”

“Ik herken mezelf in Maria Magdalena,” zegt hij even later. “Zij weent, met haar gezicht naar het verleden, om Jezus. Maar de Opgestane roept haar naam en dan draait zij zich om. Net als Maria wil ik me op Zijn roepstem omdraaien, en me op Gods toekomst richten.”

Na Rolinda’s overlijden kreeg Pieter vanuit hun kerkelijke gemeente in Vollenhove de paaskaars mee naar huis. “Dat vind ik zo’n mooi symbool! In de kerk wordt deze kaars uitgeblazen op Goede Vrijdag, en pas weer aangestoken met Pasen. Op hun verjaardag steek ik de doopkaars van mijn kinderen aan, die ooit ontstoken is aan de paaskaars. Dan leg ik uit d at dit herinnert aan hun doop én aan het feit dat Jezus – ondanks de schijn van het tegendeel – sterker is dan de dood.”

Artikel: Visie magazine

1001004011740375

Pieter Both (49) is in Barendrecht geboren, als derde zoon in een gezin van tien kinderen. Hij studeerde theologie in Kampen. In maart 2006 is zijn eerste vrouw Rolinda overleden aan een hersenvliesontsteking. Samen hebben ze drie kinderen gekregen. Sinds 2012 is Pieter voorganger van PKN-gemeente De Brug in Spijkenisse. Pieter leerde Annemarie kennen en samen met haar hebben ze nog twee zonen gekregen.

Over de aangrijpende tijd na het overlijden van zijn vrouw, schreef Pieter het boekje Dag zeggen, dolen in rouw.

Misschien ook wat voor jou

Ontvang bemoedigende artikelen en verhalen in je mailbox

We sturen je elke week een selectie van indrukwekkende verhalen en inspirerende artikelen.

E-mailadres

Lees onze privacyverklaring.

--:--