Ga naar submenu Ga naar zoekveld

Nick en Tim verliezen hun broertje: ‘Mijn ouders dachten dat Rody gewoon op zijn kamer zat’

3 februari 2023 · Leestijd 8 min

Wie Rody (21) kent, houdt van hem. Hij is een vriendelijke reus, een sociale goedzak met wie je hard kan lachen. Dat hij doof is en wat achterstand heeft, maakt hem juist extra leuk, vinden zijn broers Nick en Tim. Op een avond klinkt buiten veel lawaai: een traumahelikopter vliegt over. Nick: “‘Is iedereen oké?’ appte mijn zus. Iedereen reageerde, behalve Rody.”

“Ik was vier of vijf toen mijn moeder haar nieuwe man Ruud leerde kennen. Hij was de zwemleraar van mijn zus, Esther. Ze trouwden en uit dat huwelijk is Tim geboren en later Rody. Officieel zijn we dus halfbroers,” vertelt Nick. “Maar dat mocht ik nooit zeggen van Rody,” lacht hij. “Hij was gewoon mijn broertje.”

Sport is al wat de klok slaat in het gezin. Een heuse zwemfamilie, waarbij het merendeel van het gezin elk vrij uurtje in het water besteedt. “Maar Rody moest er niks van hebben. Hij ging wel mee naar zwemwedstrijden, maar hielp dan liever achter de bar met drankjes inschenken. Mijn moeder en Ruud reden ons van hot naar her. Eigenlijk waren we een heel normaal gezin.”

Allemaal draden

“Tot Rody ziek werd,” zegt Tim. Op tweejarige leeftijd krijgt Rody een hersenvliesontsteking. “Ik weet er niet veel meer van, ik was heel jong en sliep vaak bij opa en oma. Ik zie hem nog wel liggen in het ziekenhuis, in zo’n bed met spijlen, zodat hij er niet uit kon vallen. Jij weet er vast nog meer van?”

“Ja, een maand heeft hij er gelegen, met allemaal draden,” herinnert Nick zich. “Door die hersenvliesontsteking is hij dus doof geworden. Wat heel rot is, maar je gaat er gelukkig niet dood aan. Zijn doofheid was eigenlijk ook een leuk extra iets aan hem. We hebben er veel om gelachen met elkaar, zeker toen hij meer ging praten omdat hij een apparaat kreeg en meer ging horen.”

26239969_10156872563984688_2368004219950914634_o
Ruud met Rody, die zojuist zijn implantaat heeft gekregen om beter te horen.

Niet pesten!

Hierdoor groeit Rody op in een horende wereld. Een wereld waarin iedereen die hem kent, gek op hem is. “Als ik hem aan denk, komen twee woorden in me op,” zegt Tim. “Barmhartigheid en tolerantie. Beetje een gek voorbeeld misschien, maar vroeger wilde ik het woord ‘homo’ nog wel eens gebruiken, als in: mietje. Dat trok Rody totaal niet. Want iedereen was gelijk. ‘Niet pesten!’ zei hij dan. Hij was echt zo’n lieve jongen.”

07-05-21 all4kids (8)
Linksboven Rody met naast hem Tim, onder Nick en Esther.

“Al kon hij soms reageren als een kind van tien. Terwijl hij twee meter lang was en zowat drie meter breed,” lacht Nick. “Hij was een een enorme beer waar iedereen mee wilde knuffelen. Mega sociaal en zorgzaam ook. Hij was de jongste, maar regelde alles. Kwamen vrienden eten? Rody maakte wel wat broodjes. Hij vond dat soort dingen super leuk. En het was ook niet ingewikkeld, wat fijn was, want hij had wel wat achterstand opgelopen in zijn ontwikkeling, omdat hij niet alles meekreeg waar mensen over spraken.”

Screenshot_20200115-190459_Gallery
Nick en Rody.

Chef Tosti

Rody stopt zijn ziel en zaligheid in zijn werk bij het plaatselijke tosticafé. “En er werkten meer mensen met een beperking, hij was helemaal op zijn gemak daar,” vertelt Nick.

Vol enthousiasme fietst Rody met regelmaat van en naar zijn werk, waar hij met trots zijn trui met de tekst ‘Chef Tosti’ draagt. In deze trui wordt Rody later ook begraven.

22136888_1576862742369237_4961621918420133002_o

Voor zijn ouders is het soms best spannend, als Rody op pad is. Want sinds zijn dertiende heeft hij epileptische aanvallen - een gevolg van de hersenvliesontsteking van vroeger. “Mijn moeder was altijd opgelucht als ze zijn fiets weer in de tuin zag staan,” zegt Tim.

Zijn vader

Op een avond ontvangt Nick een bericht van zijn zus, in hun familie-appgroep. ‘Er vliegt een traumahelikopter boven Rijnsburg,’ schrijft ze. ‘Zijn jullie allemaal oke?’ Iedereen reageert, behalve Rody.

“Mijn ouders dachten dat hij gewoon op zijn kamer zat. Die zijn gaan kijken, maar hij was er niet,” vertelt Nick. Rody’s vader Ruud gaat naar buiten en loopt op het geluid af, dat zich maar honderd meter van hun huis bevindt. Bij de sloot staat het vol met mensen en politie. Dichterbijgekomen ziet Ruud een lichaam op de kant liggen dat gereanimeerd wordt. Dan herkent hij hem: het is Rody.

Een goed leven

Rody kreeg een epileptische aanval op de fiets naar huis en belandde in de sloot. “Toen ik het hoorde, dacht ik: hij overleeft dit. Hij had al zoveel overleefd! Ik zat echt in een ontkenningsfase,” weet Tim nog. Doktoren reanimeren Rody op locatie en gaan door tot in het ziekenhuis.

Daar wachten Rody’s ouders, broers en zus gespannen in de familiekamer. Nick en Tim geloven in zijn herstel, moeder Hanny blijft herhalen dat ‘hij echt een goed leven heeft gehad’ en zus Esther trapt uit onmacht een stoel om. Dan verschijnt de arts: ‘We kunnen niks meer voor hem doen.’

Shock

Verdriet en verschrikking overheersen. “Ik ben niet bij hem gaan kijken,” zegt Tim. “Dat werd wel wel geadviseerd, maar ik heb er geen spijt van gehad. Ik wilde me hem levend herinneren.”

Nick gaat wel. “Het was alsof hij sliep, je zag niks aan hem. Het was heel.. mooi, of zo. Rustig. Maar ik was ook in shock, denk ik en besefte niet dat hij dood was. Ik heb hem nog even vastgehouden, en dat was het.”

Tim: “Ik dacht meteen: ik ga het anders doen in mijn leven. Alles wat ik deed waar Rody niet tegen kon, wilde ik veranderen. Een beetje een rare reactie misschien, maar ik voelde me zo machteloos. En zo kon ik iets voor hem doen. Of, hierin vond ik iets waar ik wel controle over had.”

In het water

“Ik weet nog dat ik het ergens mooi vond dat zijn leven eindigde in het water. Omdat wij zo’n zwemfamilie zijn. Ja, het is hard, maar het past ook bij ons. Vind je dat gek?” vraagt hij zijn broer.

“Ik vind dat eerder cru dan mooi,” vervolgt Tim. “Zijn leven is geëindigd. Hoe dat is gebeurd maakt me dan niet zoveel uit. Maar ik zie wel de symboliek, ja.”

Screenshot_20200211-095418_Facebook

Flikkeren

Tim weet vooral nog goed dat er na Rody’s overlijden bijzondere dingen gebeuren. “Zijn fietslampje begon uit zichzelf te flikkeren, terwijl ik hem net had uitgedaan, bijvoorbeeld”

“Oh en weet je nog dat de muziek uitviel tijdens zijn begrafenis?” gaat Nick verder. “Kan ook een technisch mankement zijn, natuurlijk…”

Tim: “Bewijs heb je niet, je moet zelf betekenis geven aan dit soort dingen. Maar ja, het geeft wel iets van hoop, een stukje rust. Er is meer na de dood.”

Snel door

Het rouwproces van de broers heeft weinig gemeen, behalve dat ze beiden snel weer gaan werken. “Vrijdag was de uitvaart, maandag begon ik weer,” zegt Nick. “Maar ik weet nog dat ik maanden later op de tribune bij Ajax zat en dacht: ik wil hier helemaal niet zijn. Ik had geen plezier, terwijl ik dit normaal leuk vond. Toen ben ik met iemand gaan praten.”

'Je kunt er uitkomen, al voelt dat in het begin niet zo'

“Ik ben aan mezelf gaan werken en veel gaan wandelen, dat heeft enorm geholpen,” gaat Nick verder. “Rouwen doe ik nog steeds en denk elke dag aan Rody, maar het drukt geen gewicht meer op mijn schouders. Als ik kon terugdraaien wat gebeurd is, zou ik dat doen, maar ik heb er een soort van vrede mee. Ik ben happy, het gaat goed. Je kunt er dus ook uitkomen, ook al voelt dat in het begin echt niet zo. Jij gaat inmiddels ook wel beter, hè?”

“Ja, nu wel. Maar toen Rody overleed was ik nog verslaafd,” vertelt Tim. “Ik was vaak onder invloed, waardoor ik niet veel gevoeld heb. Mijn rouw begon pas toen ik mijn verslaving overwon, een klein jaar geleden. Het doet me nu veel meer dan toen, maar het is ook helend om er eindelijk mee bezig te zijn.”

Bulderende lach

Inmiddels zijn ze vijf jaar verder: vijf jaar zonder Rody. De broers denken nog veel aan hem. Nick: “Als ik mijn ouders bezoek, kom ik langs de plek van het ongeluk, ze wonen praktisch naast de sloot. Dan moet ik altijd aan hem denken.”

“Ik heb het ook op die plek, maar ik vermijd het. Ik krijg altijd een unheimlich gevoel,” legt Tim uit. Maar er is ook ruimte voor fijne herinneringen. “Hij was gewoon zo’n blij iemand, echt een goedzak. Rody en ik keken samen vaak Jackass, en dan lag ‘ie helemaal dubbelgevouwen van het lachen. Weet je dat nog, zijn bulderende lach?”

“Ja, echt,” lacht Nick. “We lachten hem ook wel vaak uit. Niet op een lullige manier, maar omdat hij doof was sprak hij bepaalde woorden anders uit, en dat vonden we grappig. Die woorden komen nu ook nog wel eens voorbij.”

Onteproek,” zegt Tim staccato.

Nick: “Ja, onderbroek. Of kasenaibrod. Kaas- en uienbrood. Op een toon waar we dan allemaal vaak om moesten lachen.”

Boeit niet

Rody’s onschuld en unieke set aan eigenschappen, is wat Tim en Nick het meest bijblijft. “Ik mocht zwemmen op de Olympische Spelen,” vertelt Nick. “De belangrijkste wedstrijd van mijn leven. Mijn stiefvader riep Rody naar binnen, hij stond buiten te chillen met vrienden. Maar Rody zei: ‘Je weet toch dat ik niet van zwemmen houd?’ En ging weer verder,” lacht zijn broer. “Je kan ook denken: goh, best cool dat je broer zoiets mag doen, maar het boeide hem geen reet.”

“Dat was zo tekenend voor zijn pure karakter,” concludeert Tim. “Niemand was meer dan een ander.”

IMG_5446
Rouwvragen aan Manu Keirse | 'In ons gezin was geen ruimte voor verdriet'

Lees ook over:

Rouwvragen aan Manu Keirse | 'In ons gezin was geen ruimte voor verdriet'
Karin’s broer werd neergestoken: ‘Ik heb jarenlang verdrongen wat ik die avond zag’

Lees ook over:

Karin’s broer werd neergestoken: ‘Ik heb jarenlang verdrongen wat ik die avond zag’

Geschreven door

Tara

Misschien ook wat voor jou

Ontvang bemoedigende artikelen en verhalen in je mailbox

We sturen je elke week een selectie van indrukwekkende verhalen en inspirerende artikelen.

E-mailadres

Lees onze privacyverklaring.

--:--