Ga naar submenu Ga naar zoekveld

Blog Everline | De eerlijkheid van kinderen

16 maart 2018 · Leestijd 5 min

Everline is bij het grafje van Floris als ze twee jongetjes tegenkomt die daar aan het spelen zijn. Als ze haar zien staan, ontroeren ze haar met hun onbevangenheid.

‘Hier liggen allemaal kindjes’

Vandaag, als wij op de begraafplaats bij Floris zijn, komen er twee jongetjes de hoek om lopen. Waarschijnlijk zijn ze stiekem door een gat in de heg naar binnen geslopen. Op zoek naar avontuur op deze mysterieuze, misschien wel enge plek. De kinderen hebben speelgoedpistolen bij zich en kletsen wat over verschillende helden van televisie. Ze bekijken de graven om hen heen. Dan zien ze ons. We scheppen de steentjes van Floris zijn grafje, omdat we de accu van zijn lampje moeten vervangen.

‘Jullie waren zo blij dat jullie papa en mama waren. En nu zijn jullie verdrietig omdat jullie kind dood is.’

Jongetje 1 zegt opeens verbaasd: “Zij verzorgen zelfs de stenen op dat graf…” waarop jongetje 2 antwoordt: “Dat is toch lief… Hier liggen allemaal kindjes.” We zien een vlaag van verbijstering over het gezicht van het eerste jongetje trekken. Alsof hij ineens beseft dat niet alleen oude mensen dood gaan, maar soms ook kleine baby’tjes.

Zonder aarzeling

De jongens voelen geen enkele verlegenheid als ze ons zo bezig zien. Ze vervolgen hun tocht van avontuur. Als ze langs ons lopen valt hun blik op de grafsteen twee plekken naast Floris. “Hey! Die is van onze school…” En dan doen ze wat mij het meest ontroert van dit moment. Deze jongetjes – ze zullen een jaar of 8 geweest zijn – staken hun spel. Ze zetten hun dag vol spanning en plezier even op pauze en ze lopen naar het grafje toe. Ze nemen de tijd om even stil te staan bij het jongetje dat ooit bij hun op school zat, maar van wie nu nog slechts een bankje op het schoolplein herinnert aan hem. Het bankje is geplaatst ter nagedachtenis. Ze zitten er wel eens op, zegt jongetje 2. Zonder aarzeling beginnen ze een gesprekje met ons. Ze vragen naar Floris en hoe oud hij is geworden. En dan opeens is het voor hen genoeg geweest. Ze pakken hun speelgoedpistolen weer op en hervatten hun spel. Dan gaat de discussie weer over wie welke held mag spelen, en of dat nou een jongetje of een meisje is…

Gewoon zoals het is

Baby Floris
Baby Floris.

Zonder het te beseffen geven ze mij iets prachtigs. Iets dat ik in het afgelopen jaar al vaker ervaren heb. Ze geven mij de onbevangenheid van hun kind zijn, waarin niets aarzelt om te zeggen wat er in ze op komt. Hoe moeilijk het onderwerp ook is. Als we van de begraafplaats teruglopen naar huis denk ik aan de cadeautjes die wij na Floris’ sterven kregen van twee kinderen. Ze hadden de knutselspullen uit de kast gepakt en hun gevoel op papier gezet. Zij gaf ons een boekje, beplakt met diamantjes, waarin stond: “Jullie waren zo blij dat jullie papa en mama waren. En nu zijn jullie verdrietig omdat jullie kind dood is.” Ze schreef het gewoon zoals het is. “En oh ja”, kwam er nog achter aan… “Dit is een boekje waar je herinneringen in kan schrijven.” Hoe jong ze ook was, ze voelde wat wij nodig hadden. Haar broer maakte een mooie tekening, en schreef er een klein gedichtje bij:

Op die ene dag was het er,
Een wonder jullie zoon met die mooie lach
Maar nu zeggen we hem gedag.
Het kwam door de darmen
En nu zullen we jullie hart verwarmen!

Met zijn woorden doet hij precies wat hij belooft. Hij vult mijn hart met de warmte van zijn liefde. Door het feit dat hij niet aarzelt om mij zijn troostende woorden toe te sturen.

Kinderen gaan mij niet uit de weg

Onderweg naar huis denk ik ook aan de kinderen van mijn werk. Aan hoe ze mij steeds weer verrassen met hun onbevangen mooie woorden. Na Floris’ overlijden ben ik van de leefgroep naar kantoor overgegaan. Omdat ik voelde dat het zorgen voor andermans kinderen voor mij te veel was. Als de jongeren van mijn oude groep mij tegenkomen is dat altijd onverwachts. Soms doe ik de deur voor ze open als ze een gesprek hebben op kantoor. Soms loop ik zo maar even binnen op mijn oude groep, om iets aan mijn collega’s te vragen. En waar de volwassenen soms van schrik terugdeinzen en niets meer uit weten te brengen, staan zij niet met hun mond vol tanden. Ze schrikken, maar vragen met oprechte belangstelling hoe het met me gaat. Ze kunnen de juiste woorden niet vinden, maar zeggen maar gewoon wat er wél in ze opkomt. Ze gaan mij niet uit de weg, maar zijn blij me weer eens te zien. Ze vragen naar mij, naar Floris en zelfs naar mijn man die ze helemaal niet kennen.

‘Waar de volwassenen soms van schrik terugdeinzen, staan zij niet met hun mond vol tanden.’

Er komt een gelukkig, tevreden gevoel over me heen. Wat zijn we gezegend met de kinderen in deze wereld. Wat zijn we gezegend dat zij er zijn!

Beeld: Shutterstock

Geschreven door

Everline Kamphof-Janssen

Misschien ook wat voor jou

Ontvang bemoedigende artikelen en verhalen in je mailbox

We sturen je elke week een selectie van indrukwekkende verhalen en inspirerende artikelen.

E-mailadres

Lees onze privacyverklaring.

--:--