Ga naar submenu Ga naar zoekveld

Column Nico | Praten tegen je overleden dierbare

16 augustus 2017 · Leestijd 3 min

Veel mensen praten graag in gedachten of hardop tegen hun dierbare. Het voelt ‘dichtbij’. Nico was dat zelf niet zo gewend. Hij leerde: tegen een overledene kun je niet praten. Als spreker op begrafenissen moest hij daar best even aan wennen..

In gesprek met je geliefde

Mijn oma heeft mijn opa drie maanden overleefd. Ik lag in de wieg en weet er niets van af. Ik heb wel gehoord dat ze zo verdrietig was dat ze voortdurend sprak tegen haar overleden man. Ontroerend!

‘Johanna, ik ga nu boodschappen doen in jouw winkel…’

Gestorvenen zijn in zeker opzicht dichterbij ons dan mensen die in leven zijn. Als iemand gehuwd is, kan hij dagenlang nauwelijks aan zijn vrouw denken. Hij voelt ook geen denkbeeldige aanwezigheid van zijn vrouw. Als hij weduwnaar wordt, loopt (of ligt!) hij maandenlang elk stil moment aan zijn overleden vrouw te denken. En waar hij ook is, voelt hij haar aanwezigheid bijna lijfelijk. Dan is het maar een kleine stap om ook in gedachten of zelfs hoorbaar in gesprek te zijn met de overleden geliefde. ‘Johanna, meid ik mis je zo!’ ‘Johanna, ik ga nu jouw boodschappen doen in jouw winkel…’

Beleving nabijheid hoort bij rouwproces

Ik maak nu een gedachtesprong. Ik begrijp wel iets van voorouderverering, zoals die in veel religies voorkomt. Overledenen zijn dichtbij doordat we zoveel met ze bezig zijn. Veel mensen denken vaak aan hun overleden ouders. Ze hebben soms zelfs het gevoel dat die nog steeds op hun leven neerzien. Andere godsdiensten kennen van daaruit ook een zekere angst voor de doden en men wil hen dan geruststellen met geschenken. De Rooms-Katholieke Kerk heeft ook aandacht voor gestorvenen. Daar kent men ook het aanroepen van gestorven heiligen. ‘Heilige Anna, help mij…!’

‘Protestanten spreken geen doden aan. Wie gestorven is, kan ons niet meer horen, zo is de opvatting.’

In de Protestantse kerken was dat altijd anders. Protestanten spreken geen doden aan, zoeken geen contact met hen en vragen geen bijstand aan hen. Wie gestorven is, kan ons niet meer horen, zo is de opvatting. Wat mensen persoonlijk beleven van nabijheid van overledenen hoort bij het rouwproces. Maar in een rouwdienst worden er geen woorden tot de gestorvene gericht. Zo was dat.

Ik ben gestopt het uit te leggen

Tegenwoordig maak ik, als van huis uit protestants predikant, weer rouwdiensten mee waarin nabestaanden zich soms wel met veel woorden tot de dode richten en daarbij kijken ze naar de kist met het lichaam. ‘Cor, jij blijft voor altijd bij ons!’ Ik begrijp dat. Toch legde ik het nog wel eens van te voren uit. ‘Wilt u zich in uw in memoriam niet tot de overledene richten, want…’
Ik ben daarmee gestopt nadat een familielid, die mijn standpunt kende, in de rouwdienst als volgt had gesproken: ‘We weten dat we niet meer met je kunnen spreken, maar als je ons nog had kunnen horen, hadden we het volgende tegen je willen zeggen…’ Het bloed kruipt dus waar het niet gaan kan.

Geschreven door

Nico van der Voet

Misschien ook wat voor jou

Ontvang bemoedigende artikelen en verhalen in je mailbox

We sturen je elke week een selectie van indrukwekkende verhalen en inspirerende artikelen.

E-mailadres

Lees onze privacyverklaring.

--:--