Ga naar submenu Ga naar zoekveld

Crisishulpverlening | Blijf praten na zelfdoding

4 april 2017 · Leestijd 7 min

Crisishulpverlening kennen we in Nederland, maar de baan van Andrea, die in Duitsland werkt, nog niet: Andrea is crisishulpverlener bij suïcide-situaties. Zij is vaak als een van de eersten op de plek van zelfdoding. In die eerste uren biedt zij ondersteuning aan nabestaanden. De stijgende cijfers van mensen die door zelfdoding om het leven komen, vindt zij erg zorgelijk. In dit portret pleit ze dan ook voor meer geld en preventie.

De cijfers over zelfdoding zorgen altijd voor een schrikeffect. Gemiddeld maken vijf mensen per dag in Nederland een eind aan hun leven. Afgelopen jaar gebeurde dat volgens het CBS maar liefst 1871 keer: meer dan ooit. “We zien de stijgende cijfers, maar de overheid doet nagenoeg niets,” zegt suïcide-expert en crisishulpverlener Andrea WalravenThissen. Aan verkeersveiligheid worden miljarden uitgegeven, terwijl er aan zelfmoord jaarlijks veel meer mensen sterven, zei Damiaan Denys, hoogleraar psychiatrie, twee jaar terug al. Daar is Andrea het mee eens: “Natuurlijk, véél meer geld!”.

Een werkdag van Andrea

Het is aangenaam vertoeven in haar achtertuin, boven op een groene berg in de Duitse Eifel. Hier, ver van de bewoonde wereld en op 600 meter hoogte, komt ze tot rust na een hectische werkdag. Twee grote honden drentelen druk kwispelend om haar tuinstoel heen.

Andrea Walraven – Thissen
Andrea Walraven – Thissen.

De van origine Nederlandse expert in de toegepaste psychotraumatologie Andrea Walraven – Thissen (1976) straalt opgewektheid en levenslust uit. Als je haar zo ziet zitten en haar aanstekelijke lach hoort, zou je niet direct zeggen dat ze – als crisisinterventionist – vaak plekken vol dood, verdriet en pijn bezoekt. Bij zware ongelukken, rampen, na het plotselinge overlijden van een kind en andere heftige calamiteiten wordt er een beroep op haar gedaan. “In ongeveer de helft van alle oproepen gaat het om suïcide. Dus het is een fors deel van mijn werk. Vaak ben ik als een van de eersten op de plek des onheils, om in die eerste uren nabestaanden ondersteuning te bieden.”

Ondersteuning nabestaande na zelfdoding

Wat houdt de ondersteuning in? “De emoties van nabestaanden zijn meestal – en dat is volstrekt natuurlijk – uitermate heftig. Vaak gaat het om zelfdoding in een huis. Daar tref ik nabestaanden aan die helemaal door het lint gaan, of mensen die letterlijk in shock zijn, niet aanspreekbaar. En alles daartussen.

“Nabestaanden worstelen met enorm complexe emoties: wanhoop, woede, onbegrip”

Nabestaanden worstelen met enorm complexe emoties: wanhoop, woede, onbegrip. Suïcide-postventie, zoals wij onze nazorg noemen, is altijd maatwerk. Want iedere situatie en ieder mens is anders. In die eerste uren probeer ik gevoelens van machteloosheid en hopeloosheid om te vormen naar zelf-controle en eigenregie. Als dat lukt, blijken mensen minder vaak langdurige gevolgen aan deze schokkende gebeurtenis over te houden. Al blijft het belangrijk dat mensen ook op de lange termijn blijven praten en delen.”

Afscheid nemen belangrijk voor verwerking

“Nabestaanden hebben behoefte aan veiligheid, informatie en rust,” vervolgt ze. “Daarom leg ik allereerst uit wie er nu allemaal in huis zijn of komen – van politie en recherche tot ambulancepersoneel –, wie wat doet en waarom dat nodig is. En met de nabestaande kijk ik of ergens een plekje te vinden of te creëren is waar ik met hem of haar – in relatieve rust – samen kan zijn. Wat altijd een veilige haven was, is door de laatste daad van een dierbare opeens een plaats delict geworden – je privacy is in één klap verdwenen.

Wat hier in Duitsland trouwens altijd een rol speelt, is dat een lichaam na de lijkschouwing wordt meegenomen. We weten dat het voor de verwerking ontzettend belangrijk is dat we nabestaanden de mogelijkheid geven om afscheid te nemen en de overledene te zien. Want ontkenning en ongeloof zijn een natuurlijk onderdeel van het rouwproces. Als de nabestaande ervoor openstaat – meestal wel – positioneren we het lichaam zo dat het mogelijk is om, in rust, afscheid te nemen. Dan nemen zij dat laatste beeld mee in hun herinnering, niet het akelige beeld van kort na de suïcide. We proberen de overledene waardigheid terug te geven, en nabestaanden zelfcontrole.”

Woordkeus

Andrea kiest er bewust voor om het woord ‘zelfdoding’ te gebruiken in plaats van zelfmoord. “Suïcide of zelfdodingzijn neutrale termen. Het woord ‘zelfmoord’ – dat veel wordt gebruikt, ook in de media – heeft een andere lading; daar spreekt meer een oordeel uit.”

“Uit het woord ‘zelfmoord’ spreekt meer een oordeel”

Niemand zou alleen moeten sterven

Al tijdens haar studie psychiatrische verpleegkunde, twintig jaar geleden, dacht ze bij het onderwerp zelfdoding vaak: wat intriest dat die persoon alleen was tijdens die laatste momenten van zijn of haar leven. “Dat gevoel blijft,” zegt Andrea, terwijl ze de hond wegstuurt. “Als mensen – kennelijk – geen uitweg zien, denk ik altijd als ik hem of haar aantref na een zelfdoding: dat laatste, eenzame stukje, dat is gewoon vreselijk. Niemand zou zo alleen moeten sterven…”

Wat Andrea zelf als de meest schrijnende situaties ervaart? Ze staart even naar de helwitte zomerwolken, die traag over het Eifel-landschap trekken. “Een alleenstaande ouder die suïcide pleegt. Als ik zo’n woning binnenkom, weet ik: dit kind gaat hier weg – en komt nooit meer terug. Zijn veilige thuis is verdwenen, omdat vader 
of moeder suïcide heeft gepleegd. Wat ik dan bijvoorbeeld doe, is samen kijken wat het kind wil meenemen. Wat is belangrijk voor dit kind? Wat kan hem of haar ‘hierna’ houvast geven? Soms is dat de koffiebeker van mama.” Na een korte stilte: “Een suïcide is altijd buitengewoon triest. Naar twee kanten. Voor de persoon die heenging én voor hen die achterblijven.”

Gesprekken vallen stil

Wat die laatsten betreft: de harde werkelijkheid is dat gesprekken stilvallen zodra nabestaanden binnenkomen, bijvoorbeeld op de werkvloer. Wat kun je doen om dit te voorkomen en er echt voor de ander te zijn?

“Merk je dat je jezelf ongemakkelijk voelt, spreek dat dan uit: ‘Ik zou nu graag de goede woorden tegen je willen zeggen, maar ik heb geen idee wat. Dit is zoiets pijnlijks, heftigs en nieuw voor mij.’ Als je alleen al dat zegt, is er een wereld gewonnen. Want daarmee zoek je de ander op waar hij is. Soms kun je ook gewoon stil zijn, samen. De Engelsen hebben hiervoor een mooie term: a ministry of presence. Dienend nabij zijn, dat is de kern van mijn werk.”

Is suïcide te voorkomen?

“Uit onderzoek weten we dat de meeste mensen die suïcide plegen, dat niet doen in een gezonde geestestoestand. Een van mijn leermeesters, prof. Shneidman, sprak van ‘constrictie’: vernauwing. Je wereld wordt steeds nauwer, en op zeker moment is er alleen nog een allesoverheersend gevoel van lijden. Mensen die het ‘per ongeluk’ overleven, bevestigen dat het lijden zó erg was, dat die daad een poging was om het te laten stoppen. Dus géén ‘bewuste keuze voor de dood’: op dat moment waren de consequenties niet te overzien. Daarom ben ik ook heel blij met de suïcidepreventiesite 113online.nl in Nederland. Maar er zou nog zo veel meer moeten gebeuren.”

“Er moet nog zo veel meer gebeuren”

Veel meer geld nodig

‘Aan verkeersveiligheid worden miljarden uitgegeven, terwijl er aan zelfmoord jaarlijks veel meer mensen sterven,’ zei Damiaan Denys, hoogleraar psychiatrie, twee jaar terug in ‘Trouw’. Eens?
“Natuurlijk, véél meer geld! Als hulpverleners voelen wij die urgentie.” Verontwaardigd: “We zien de stijgende suïcidecijfers, maar de Nederlandse overheid doet nagenoeg niets.”

Extreem werk

Ik woon bewust in the middle of nowhere! Ik moet altijd een stuk naar huis rijden: dat helpt. Eenmaal thuis, ben ik eerst een poos stil. Makkelijk, met drie pubers en hun vrienden en vriendinnen die komen aanwaaien. Langzaam kom ik dan weer terug in de normale wereld. Wat ik zie en meemaak in mijn werk is zo extreem, dat ik intens kan genieten van ‘kibbelpartijtjes’ thuis, deze natuur hier, slapende kinderen… Als je niet meer kunt landen in het alledaagse, moet je een stap terugdoen. Ik heb veel collega’s die opbranden. Want het is heftig.”

” Zonder God zou ik dit werk nooit kunnen doen. Ja, ik ga iedere keer het donker in, word geconfronteerd met onvoorstelbare chaos, rotzooi en ellende. Maar het Licht gaat – onaantastbaar – met mij mee. In dit soort complexe en zeer pijnlijke situaties bij kwetsbare mensen te mógen zijn, ervaar ik als een groot voorrecht.”

Tekst: Gert-Jan Schaap
Dit artikel heeft eerder in Visie Magazine gestaan.

  • Heb je vragen over zelfdoding of wil je praten over zelfmoordgedachten? Dat kan anoniem via de chat op www.113.nl of bel 113 (gebruikelijke telefoonkosten) of 0800-0113 (gratis).

Misschien ook wat voor jou

Ontvang bemoedigende artikelen en verhalen in je mailbox

We sturen je elke week een selectie van indrukwekkende verhalen en inspirerende artikelen.

E-mailadres

Lees onze privacyverklaring.

--:--